zoals ik nu de woorden schrijf
dat kan alleen een slangenmens
ik pas zo met mijn hele lijf
in dit gedicht de pen is overgens
nog buiten bij ongeschreven zinnen
maar straks als dit sonnet zich sluit
het tromgeroffel kan beginnen
een paukenslag een tweede huid
hier is de dichter in het doosje
de vraag wie schrijft nu verder af
ikzelf raffel af er is geen lucht
zonder adem kan ik maar een poosje
menig dichter vindt zijn graf
die te laat uit woorden vlucht
Erik Lelieveld
7 juli 2002
woensdag 28 oktober 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten